Chromosomen

De blauwdruk van onze erfelijke eigenschappen ligt opgeslagen in de lichaamscellen. Bij de mens ligt die informatie op 23 verschillende paren chromosomen. Ieder chromosoom bevat een DNA-molecuul, en ieder DNA-molecuul bestaat uit enorme hoeveelheden genen, die allemaal zorgen voor iets dat het lichaam moet kunnen.

De mens heeft 46 chromosomen
Een mens heeft alle soorten chromosomen dubbel; 23 van de vader en 23 van de moeder. Dat is prettig, want als er in één chromosoom een foutje geslopen is, kan het andere chromosoom het probleem vaak opvangen. Je lichaam kan dan nog steeds alles doen wat het moet kunnen.

Foutjes op chromosomen
Foutjes in het erfelijk materiaal komen vaak voor. We zijn dus bijna allemaal drager van een aantal van zulke foutjes, maar meestal merk je daar dus niets van.

Erfelijke afwijkingen in het DNA
Er zijn ook foutjes in het DNA die kunnen leiden tot erfelijke afwijkingen. Die foutjes kun je doorgeven aan je kinderen. Als dat gebeurt, kan je kind een erfelijke of aangeboren aandoening hebben. Wil je meer weten over de kans op erfelijke afwijkingen, ga dan naar je huisarts of naar het Erfocentrum.